Het kinderbrein: wat wij ervan kunnen leren
Het creatieve brein van kinderen: dat loopt vaak wel! En we proberen dat als ouder, als leerkracht, als trainer vaak te stimuleren. En als dan puntje bij paaltje komt… slaan wij (volwassenen) die creativiteit murw met ons ‘Ja, maar…’ denken.
Al vanaf 8 jaar kan je kinderen mee laten denken in vraagstukken waar je als organisatie tegenaan loopt. Ideeën om de leefomgeving anders in te richten. Vrijwilligerswerk voor kinderen op de sportclub. Strategische koersplannen voor basisschoolstichtingen.
En vervolgens zie je de volwassenen denken: dat wij hier niet eerder aan gedacht hebben…
Lees verder: vier dingen die wij geleerd hebben van creatieve sessies met kinderen
1. Kinderen denken veel meer in ‘Ja, EN’
De ‘Ja, maar’ ombuigen naar ‘Ja, EN’ in organisaties is de missie van Start2Create.
Hoe verder in je leven, hoe meer je je ervaringen gaat benutten. De keerzijde is dat je ook vaker weet wat wel en wat niet werkt. En vaker nog: wat niet werkt. Je wordt gevormd, leert wat wel en niet hoort en slaat van alles in je onbewuste brein op. Het ‘Ja, maar…’ denken zit dan nog wel eens in de weg en kan een gesprek of brainstorm murw slaan.
Wat blijkt: kinderen hebben een kleiner zetje nodig dan ‘grote’ mensen om de ‘Ja, maar…’ om te buigen naar ‘Ja, EN.’
“Nou, ik neem wel een rode kaart mee voor mijn ouders!’
Niet gek dat er regelmatig een stapel Rode Kaarten wordt weggegrist na de sessies.
Download de Rode Kaart
2. Ze zoeken niet meteen naar het perfecte idee
Fun, verbinding en echt naar elkaar luisteren. Het spat er steeds vanaf bij de kinderen in de basisschoolleeftijd.
Gewetensvraag: wanneer was de laatste keer dat dat gebeurde in de vergadering?
En intussen bij de kinderen: het kwalitatief goede idee kwam vanzelf wel.
Niemand boorde het idee van een ander de grond in.
Ze gingen vanuit plezier naar iets concreets.
3. Kinderen denken concreet
Als een thema ‘betrokkenheid’, ‘samenwerken’ of ‘cultuur’ voorbij komt, dan is altijd onze vraag: waar gaat het precies over? Als volwassene zijn we kampioen containerbegrippen.
Waar wij volwassenen niemand willen uitsluiten (“We willen toch iederéén betrekken”) durven kinderen eerder concreet te benoemen wat ze bedoelen. Waar ze aan denken.
En, door kinderen word je zo ook geconfronteerd met je eigen frame. Bijvoorbeeld ‘cultuur”. Als beleidsambtenaar bij de gemeente denk je aan bibliotheek, theater of Marokkaans eten. Bij kinderen komt de ijscoman voorbij, fietsen, kaas en knutselen. De bieb? Welnee. Dat saai en je mag er toch niets!
PS: Welke gemeente durft het aan met kinderen het tofste concept bibliotheek te bedenken?
4. Een simpelere uitleg van brainstormen
… die je ook kan gebruiken voor eigen vergaderingen
Leg brainstormen maar eens uit in kindertaal. Dat is toch wat anders dan in een sessie met volwassenen.
Strooien met termen als ‘werkvorm’, ‘concreet maken’, ‘kwantiteit’ en ‘oordeel uitstellen’ levert vooral glazige blikken op. Laat staan ‘van divergeren naar convergeren’.
Het woord tool of werkvorm valt niet eens in onze sessies. Dat hebben we één keer gedaan. Niet voor herhaling vatbaar.
Gewoon van ‘even anders’ naar ‘nu voor het echt’ is voldoende.
Of, ontdek de meest simpele spelregels hiernaast!
Oordeel uitstellen
We hebben allemaal last van een oordeel. Is heel menselijk. Is ons automatisch brein. Denk aan ‘Ja, maar…’ of ‘Dat kan helemaal niet’ of ‘Dat kost te veel geld’.
Uitleg kids: ‘Ja, EN’ (hoe kan het wel).
Kwantiteit boven kwaliteit
Je hoeft niet meteen het beste idee te spuien. Eerst zo veel mogelijk ideeën bedenken. Roep alles wat er in je op komt. Schroom niet.
Uitleg kids: We zoeken gewoon heel veel ideeën.
Meeliften
Als je iets hoort wat een ander zegt, lift er vooral op mee. Het hoeft niet het eindpunt of het perfecte idee te zijn. Haal er je inspiratie uit en ga erop door. Waar staat het voor?
Uitleg kids: Mee op het idee.
Lef
Kies ook de niet voor de hand liggende woorden of zinnen op het papier. Juist als je denkt daar kunnen we helemaal niets mee!
Uitleg kids: Je kan van alles iets ‘echts’ maken. Wat zie jij erin?
Hoe de start van de brainstorm er vervolgens uitziet:
Volwassene: haalt nog eens drie keer de Rode Kaart tevoorschijn, gaat nog even door een diep dalletje (door de confrontatie met het eigen brein) en ziet na twintig minuten het licht.
Kind: gaat gewoon
Wat je zelf al kan doen deze zomer
Neem de uitleg ‘Uit de Ja maar en In de ja EN’ vooral mee voor je volgende vergadering. Je vindt hem in de gratis Start2Create Toolbox. Ook de Rode Kaart zit erin. Of, werk aan verbinding met de Wie-Ben-Jij?-kaarten of de Startblokken. Ook leuk voor op de camping deze zomer.
Je creatieve brein trainen? Dat kan in de 1-daagse Summerschool. Of, ga next level in de opleiding creatief denken met LEF. Je ontdekt ons hele overzicht in de Academy.
Iemand anders nodig om jouw brein (en dat van je collega’s) uit het slop te trekken? Dan kunnen wij je helpen met een van onze dertig tools.
